Stoere strijders, meesterwerken uit luchtvaart, mooie themazalen en glazen wanden van dertien meter hoog. Je weet niet goed waar je moet beginnen bij het Nationaal Militair Museum (NMM) in Soesterberg, dat is gebouwd op de plek waar ruim honderd jaar geleden de Luchtvaartafdeling van de Nederlandse Koninklijke Landmacht werd opgericht.
Het museum, waarin de collecties van zowel het voormalig Militaire Luchtvaart Museum uit Soesterberg als het voormalig Legermuseum uit Delft zijn ondergebracht, laat op onderhoudende en informatieve wijze de banden tussen de krijgsmacht en de samenleving zien. Kinderen kunnen buskruit maken, in een F16-simulator vliegen en alles leren over uniformen. Verder zijn er opmerkelijke verhalen over mensen uit de strijdkrachten. En in de Stiltetuin is de mogelijkheid om te denken aan de mensen die hun leven gaven voor vrijheid.
Het Rijksvastgoedbedrijf stelde samen met het NMM een outputspecificatie op waarin de vereiste functionaliteiten zijn vastgelegd. Arco Seton, collectiemanager bij het NMM: “Een belangrijk onderwerp in de outputspecificatie was dat het ging om de constructie van een museum, waarin goed beheer en onderhoud van de museumcollectie een belangrijke factor is.”
Vooral als het gaat om tentoonstellen, heb je te maken met specifieke en uiteenlopende eisen voor zaken als temperatuur, vochtigheid, luchtkwaliteit en verlichting. In de outputspecificatie werden deze gedefinieerd per object, en soms per groep objecten. Dit was nodig omdat we het hebben over verschillende materialen en verschillende afmetingen, met verschillende mate van kwetsbaarheid. Tevens werden eisen gesteld wat betreft veiligheid (je hebt bijvoorbeeld te maken met vuurwapens) en gebruik: werd het materiaal tentoongesteld of opgeslagen?”
Objecten en mensen
Tinus Egelmeers, projectmanager meet- en regeltechniek bij Heijmans, wijst op een ander belangrijk onderwerp in de outputspecificatie: het verschil in klimaatspecificaties tussen objecten en mensen. En bij de verlichting moest in sommige gevallen tegenstelde belangen afgestemd worden.
Toen Heijmans aan het werk ging met de regelingssystemen voor de klimaatinstallatie, kozen zij voor PRIVA Blue ID en schakelde zij Quintess in, een bedrijf dat is gespecialiseerd in het opstellen en installeren van automatische regeltechnologie voor klimaatinstallaties. Paul Caspers, directeur van Quintess: “De kracht van Priva Blue ID is dat de hardware is voorzien van communicatietechnologieën die totaal anders zijn dan de oude systemen. Zo is bijvoorbeeld het gehele Internet Protocol erin ingebouwd, dus kan er ook gebruik worden gemaakt van webservertechnologieën Dit maakt het een toekomstgericht platform, klaar voor de cloud en geïntegreerd toe te passen.”
En juist die geïntegreerde aanpak was belangrijk, gezien de hierboven genoemde soms tegenstrijdige belangen - verschillen tussen de objecten zelf, tussen mensen en objecten, tussen de verschillende soorten ruimtes en tussen daglicht en geen daglicht - die binnen het gebouw in één automatisch klimaatregelingssysteem moesten worden ondergebracht.
Heijmans maakte ook gebruik van Priva om informatie te verzamelen over de niet klimaatgerelateerde installaties. Egelmeers: “We hebben hardware- en communicatie-interfaces gemaakt, zodat eventuele storingen, alarmen, metingen en meldingen van andere systemen (beveiligingssystemen, brandbeveiligingssystemen, elektriciteitssystemen enzovoort) worden gemeld en weergegeven in één Priva-systeem. Dankzij deze 'controlekamer' is het mogelijk om verschillende delen te regelen, zoals de hoofdtentoonstellingsruimtes en bijvoorbeeld vergaderzalen bij speciale gelegenheden en op speciale tijdstippen.”
Een speciaal onderdeel van het Priva-systeem is het TC History-pakket. Egelmeers: “Hieronder valt elke temperatuurregistratie in het gebouw, zodat we op elk gewenst moment kunnen terugkijken en vergelijken. Omdat we ook grenswaarden hebben ingesteld, kunnen we altijd de vinger op de pols houden.”
